woensdag, mei 14, 2025

Vreemd

 


Het lijkt vaak op wat we gewend zijn, maar met een vreemde twist. Als je uit eten gaat komt er geen mes op tafel. In de keuken bij de bereiding wordt wel een mes gebruikt, maar op tafel nooit. Je krijgt een lepel en stokjes. Het vereist wel enige kundigheid om grotere stukken met je stokjes in stukken te krijgen. Leonie at een grote aardappelpannenkoek. Zij kreeg er een schaar bij. Een pannenkoek in stukken knippen mag dus wel. 

De jakobsschelpen worden aan tafel ook losgeknipt. In keukens bij pensions hangt het enige mes aan de binnenkant van het gootsteenkastje.

Je kan aan de wijze waarop de drank wordt geschonken en gedronken heel wat aflezen. In het restaurant zit naast ons een ouder echtpaar met hun dochter en haar man. De schoonzoon schenkt de drank in voor zijn schoonvader, de schoonvader vervolgens voor hem.  Als de schoonzoon drinkt, wendt hij zijn hoofd opzij.


Als je een boodschap wil betalen met een creditcard dan weet je niet van te voren of dat lukt. Zonder Applepay wordt het lastig, soms moet je een handtekening zetten en soms moet je je paspoort laten zien. Soms werken geldautomaten wel, soms niet.



Wat nooit went is die slippers. Bij de deur doe je je schoenen uit en trekt binnen slippers aan (1). Ga je effe naar buiten dan is het handig om even de buitenslippers aan te doen (2), ga je naar het balkon dan staan daar slippers (3). In de badkamer staan ook nog WC slippers.(4). Als we bij dit pension aankomen moet ik nodig plassen, ga daarna naar het balkon waar het uitzicht fantastisch is en haal de koffer uit de auto. Ik heb dan in 3 minuten buiten mijn sandalen vier verschillende slippers aan moeten doen en 7 keer van schoeisel moeten wisselen. Dat lukt niet helemaal, zelfs voor gehoorzame mensen zoals wij. 


Piemels

 


We zijn een beetje onthutst. We doen elke dag iets cultureels, een tempel, een oud dorp, een leuke haven enz. Dit soort plekken wordt ook vaak door gezinnen en groepjes oudere dames bezocht. Met stevige schoenen, hoedjes, en bergsportkleding lopen ze gezellig keuvelend rond. We begrijpen nu waarom vrouwen hier zo oud worden. Ze blijven sociaal in beweging.

We kwamen langs Haesindang park. Helaas in de stromende regen. We waren de enige gasten. Een paraplu gekocht aan het haventje en omhoog geklommen. Het is een park dat volledig gewijd is aan penissen. Allemaal in erectie. Een maagd Haesindang verdronk toen haar aanstaande ging vissen en haar op een rots achterliet.  Vervolgens verdwenen alle vissen. Toen een man zijn geslacht op het strand ontblootte kwamen er wat vissen terug. Kennelijk wilde de verdronken maagd wel een mooie piemel zien. Vervolgens ging men in het dorp penissen fabriceren om de maagd te behagen. 


Er zijn meters hoge houten beelden, bankjes in de vorm van een penis, sterrebeelden in een penisbeeld. Omdat het zulk slecht weer is maken we niet mee hoe andere bezoekers op deze enorme hoeveelheid stijve piemels reageren. Dat is jammer.

We zijn onthutst hoe dit kan in dit preutse land. In een serie als Something in the rain houden de hoofdpersonen elkaar pas de hand vast in aflevering 10, dat is na 11 uur kijken.

Curieus is dat het museum van het vissersdorp op het terrein ligt van het park. Getoond wordt hoe het dorp gegroeid is en de visserij veranderd. In de loop der eeuwen.  Allerlei voorstellingen bedoeld voor kinderen zijn te zien. Die moeten dan wel eerst langs al die piemels.


Op reis in Korea

 Voordat je op reis gaat, heb je een bepaalde voorstelling van zo’n land gemaakt. Soms klopt dat, soms helemaal niet. 


De markt ziet er precies zo uit als in de talloze series die we gezien hebben. Oude vrouwtjes die op een rij achter wat groentes zitten. Veel kramen met dezelfde vis.  Op het platteland zijn er inderdaad boeren die rijden op een soort grasmaaier met een karretje erachter.





Het grote aantal identieke torens van 20 hoog met flats met piepkleine ramen blijft ons verbazen. Nooit gezien in films en series, maar ze staan overal.

We dachten dat veel mensen wel Engels zouden spreken. In de streek waar we nu zijn, spreekt niemand Engels, ook in de hotels niet. Dat maakt mensen soms erg verlegen. De vertaal app doet wonderen. Veel vriendelijk knikken, ook als iemand je een verhaal begint te vertellen. Beleefd is iedereen. En wij dus ook. Wel aangenaam.

We hebben een auto gehuurd. In de Lonely Planet gids van vorige jaar wordt dat sterk ontraden. Veel te gevaarlijk.  

Na een weekje autorijden vinden we het al met al erg meevallen. Weinig onbeschoft weggedrag. Weinig getoeter. Bij Busan is het wel erg druk, maar dat is ook een stad met 4 miljoen inwoners.  Op de meeste 4 baans buitenwegen mag je niet harder dan 80. Tot ergernis van Leonie. De verkeersveiligheid is beter dan in ItaliĆ« en Portugal. Het aantal verkeersdoden in Seoul ligt op het niveau van Noorwegen. 


Veel wegen zijn tolwegen. Wij hebben een kastje in de auto, die registreert wanneer we door een tolpoortje gaan. Dat kan gewoon met 50 km per uur. Er worden kleine bedragen: 1000 won, dat is 65 cent. Het echte rekeningrijden. Nooit geweten hoeveel tunnels hier zijn. We hebben er honderden gehad. Ze zijn heel bang dat je in slaap valt in een tunnel. Daarvoor hebben ze talloze dingen verzonnen. Knipperlichten, ribbels op de weg, fluittonen, muziek.

Naar een eiland in het zuiden reden we uren over wegen met verkeersdrempels, vaak een gele geschilderde band over de weg, soms echt. Je leert wel af om daar met 50 per uur over heen te rijden. Heel veel verkeersborden en maatregelen. Ze houden enorm op. En dat is juist de bedoeling. Het is niet voor niets dat het verkeer al jaren veiliger wordt. 

90% van de verkeersborden kunnen wie niet lezen en dat vereenvoudigt het voor ons.