zaterdag, december 21, 2013

Het vliegveld van Bali deel twee

"Dan is het vast allemaal goed geregeld" zei Leonie vorige keer op het nieuwe vliegveld van Bali.
Het is soms beter dat je van te voren niet weet wat je  te wachten staat. Met Air Asia vliegen we van Darwin naar Bali. In Darwin werkt het computersysteem niet. Eerst wordt een uurtje geprobeerd het systeem weer aan de praat te krijgen. Als dat niet lukt, worden alle boardingpassen met de hand uitgeschreven.  Voor sommigen in de rij betekent dat meer dan 2 uur wachten. Uiteindelijk hebben we maar een uurtje vertraging en komen we om 10 uur avonds op Bali aan. Wel heeft Air Asia vergeten formulieren mee te nemen die je moet vullen om een visum voor Indonesië te krijgen.
Dit keer kunnen we de weg op het vliegveld van Bali wel makkelijk vinden. En met ons duizenden anderen. Vliegtuigladingen uit alle windstreken worden zo ongeveer op het zelfde moment afgeleverd. Wat wil je ook het hoogtepunt van het jaar: kerst op  Bali. Eerst moet je 25 dollar betalen om een inreisvisum te krijgen. Dat betekent een halfuurtje in de rij staan. Terwijl ik in de rij sta, gaat Leonie op zoek naar de inreis formulieren. Na vijftien minuten komt ze daarmee opgedoken uit de immense mensenmassa. Met het formulier en het bewijs van betaling naar de paspoortcontrole met zo'n zigzag rij tussen touwen door.
Even uitgerekend hoeveel mensen er voor ons in de rij staan: minstens 1000! Geduldig wachten, papieren invullen en je niet boos maken. Na de pascontrole wordt je koffer nog eens geXrayed.
Buiten de uitgang staan honderden chauffeurs van hotels bordjes met namen op te houden. Daartussen lopen tientallen snorders die je wel hun taxi willen meenemen.  Er is een officiële vervoerder die het alleenrecht heeft voor vervoer vanaf de luchthaven, maar die heeft het zo slecht  geregeld dat de gewone taxichauffeurs daarvan gebruik maken.
Het is regenseizoen hier en dat is te merken, overal lekt het dak en is de grond spekglad. Welkom op Bali. Maar ach denken we een uurtje later op onze hotelkamer wat smaakt de Bintang weer lekker.

The Ashes

"They won the Aussies!" Verpletterd zijn de Engelsen. The Ashes is een serie van maximaal 5 cricket wedstrijden tussen Engeland en Australië die al sinds 1882 worden gespeeld. The Ashes is een vijftien cm hoge urn met as.  Wat voor as er in de urn zit is onduidelijk. Ze zeggen dat het de as van een cricket bal is of zoiets, maar het zou ook een damesonderjurk kunnen zijn. Sportgek zijn ze in dit land en de Ashes is voor velen de belangrijkste trofee die er is.
Elke wedstrijd duurt minstens een dag of drie. Wie drie wedstrijden heeft gewonnen wint de Ashes. Wedstrijden worden voorzien van commentaar de gehele dag uitgezonden. Tijdens Lunch en Tea wordt de wedstrijd uitvoerig geanaliseerd. Rond de Oval zitten zo'n 40000 mensen. In de 40 graden, de hele dag. Bij een Roadhouse 150 km van de rest van wereld verwijderd, kan ik net het begin van de wedstrijd zien die dag. Gehaast komt een Australiër binnen rennen en roept "Who is batting?"
Langzamerhand heb ik een deel van de spelregels onder de knie gekregen. Nu ik voor de derde keer de Ashes volg, begrijp ik wel dat het eigenlijk een hele brute sport is. Bowlers gooien de bal met soms 150 kilometer per uur. Bij de Engelsen wordt een goeie batter afgevoerd omdat hij een bal direct op zijn tenen gegooid krijgt. Een van de batters van de Engeland is zo gepest en getreiterd dan hij na de eerste wedstrijd geknakt naar huis gaat en zich onder behandeling van een psychiater moet stellen. Een australier biedt vervolgens op de TV zijn excuses aan voor de opmerkingen. " als ik geweten had hij psychische problemen had, dan had ik hem natuurlijk niet gezegd dat hij er geen bal van kon". Een australier is bij de training op zijn vingers geslagen en speelt nu met aan elkaar getapede vingers. Natuurlijk proberen de engelsen hem precies op die vingers te raken. Wat nog lukt ook. Au, denk het hele stadion.
Tijdens de eerste inning van de eerste wedstrijd werd Engeland helemaal weggespeeld. Niemand had nog zo iets gezien. Engeland was volledig van slag.
Hadden de Australiers dat verwacht? Nee helemaal niet. Engeland won al jaren alles met overmacht. De Australische coach was een half jaar geleden ontslagen en een aantal spelers bleek meer in de kroeg te zitten dan op het veld te staan. Zelden zulke verbaasde en vrolijke commentaren gehoord.  De stand is nu dat Australië 32 keer de Ashes heeft gewonnen en de Engelsen 31 keer.

zondag, december 15, 2013

Een paar overdenkingen op de Stuart Highway

Vandaag gearriveerd in Katherine, we hebben nu het grootste deel van de Stuart Highway achter ons. Geen fietser hier gezien, toch is dit de geboorteplaats van Cadel Evans. En daar zijn ze trots op gezien het bord bij het binnenrijden. We begrijpen wel dat hij hier snel is weggefietst.
We zien langs duizenden kilometers Stuart Highway voortdurend mierenhopen. Soms om de paar meter zover we kunnen zien. Ze zijn piemelgroot tot soms wel 2 meter hoog. Langs de weg zijn ze vaak versiert met een T-shirt, bril, BHtje of mutsje. Dan lijken het net Hobbits. Na wat hoofdrekenen (daar heb je tijd voor als je uren langs de Stuart Highway rijdt) kom ik tot de schatting dat hier minstens 1 miljard van deze mierenhopen moeten staan!

Om de 100 km zijn er roadstations waar je kan tanken. Bij de meeste hangen Aborigionals rond. Een aantal roadhouses hebben hun beste tijd al flink wat jaren gehad. Soms zijn er prachtige verstofte interieurs met duizenden bankbiljetten, foto's en handtekeningen. Als je iets wil hebben moet je het aanwijzen. Ze zijn nogal bang voor diefstal.  Als je naar de WC wil krijg je een sleutel mee. Toen de benzinepomp niet meer dan een halve liter benzine gaf, wilde de mevrouw niet naar buiten komen. Als ze haar winkeltje alleen laat, wordt het kennelijk meteen leeggeroofd. Waar alle roadhouses in overeenkomen is dat je alleen vet voedsel kan krijgen. Patat, frituur en zakken chips. Ik neem meestal een pie, Leonie helemaal niks. Koffie daar begint ze niet meer aan.

Op een gegeven moment kwam er onderweg wat bewolking opzetten. Er vormden zich rare ronde wolken in de vorm van een soepbord.  Curieus om te zien. Toen we 100 km daarop gingen tanken bleek het roadhouse het centrum voor UFO's van Australie te zijn. Er waren daar de meeste UFO's van Australie waargenomen. Dat geeft te denken!



We hebben nu een paar keer in een warmwaterbron gezwommen. En dat blijkt als het 40 graden is helemaal niet zo verfrissend. Je koelt helemaal niet af en vlak na het zwemmen sta je weer te zweten als een paard. Het water wat uit de kraan komt is trouwens ook niet koud. Bij het douchen hoef je geen warm bij te mengen.

donderdag, december 12, 2013

Aboriginal Art


"Forbidden to photograph" staat er op het bordje bij de Berg Uluru. Deze plek is heilig voor de aboriginals. Wij hebben een wat ambivalente houding tegenover dit soort bescherming van de cultuur van de aboriginals. Het lijkt soms erg overtrokken. Bij een site waar ze kleurstoffen uit de rotsen haalden, staat een bord dat je een boete riskeert van $ 5000 als je iets meeneemt.
Natuurlijk woonden de abos hier al duizenden jaren. En zijn ze vreselijk behandeld door de blanken. Maar dit soort bescherming lijkt sterk in gegeven door een schuldgevoel. De bestuurders willen het nu wel heel erg goed doen. Overal tref je winkels (galerieën) waar je kunst van de aborigionals kan kopen. Soms ziet dat er aardig uit, soms is het nogal knullige, primitieve kunst. Er worden flinke bedragen voor gevraagd. Fotograferen is volstrekt verboden.
Wij komen hier in eerste instantie voor de bijzondere natuur. Toch is die hier in de Red Centre bijna volledig geclaimd voor de abos. Bij een mooie rots wordt niet uitgelegd hoe die ontstaan is, maar er wordt op bordjes een uitvoerige fabel van de abos verteld.
Vanmiddag zijn we in de Mac Donnell Ranges. Nadat we gezwommen hadden in een prachtige "waterhole" aten we een broodje bij Glen Elen een uiterst afgelegen "resort"1. Binnen zitten 4 mensen. Buiten leek het net of er creatieve therapie werd gegeven aan een groep oudere patiënten. Een mannelijke abo en een stuk of tien vrouwen zitten te schilderen. Daar lopen een vier verzorgers tussendoor. Sommige abos maakten landschapjes, andere abstracte stippen schilderingen. Ze zagen eruit zoals heel veel oudere abos er hier uit zien: slonzig, blootsvoets, dik, en onprettig ruikend. Ze werden goed verzorgd, kregen veel te eten. Geen alcohol maar water.
Opeens begrepen we hoe al die door westerlingen gedreven galerieën (no photographs!) aan hun oorspronkelijke abo kunst komen. Ze laten bejaarde abos in ruil voor een stevige maaltijd die kunst fabriceren!

1. Wat hier onder resort verstaan wordt, is iets geheel anders dan we gewend zijn. Het is niet een luxe soort hotel met groot zwembad en zo, maar meestal een verouderd motel met grasveldje en kinderbadje.

maandag, december 09, 2013

De Stuart Highway naar de Red Centre


Van Adelaide in het Zuiden naar Darwin in het Noorden loopt de Stuart Highway. Een tweebaans weg van 3200 km lang. Stukken daarvan zijn totaal verlaten. Om de 10 minuten kom je een tegenligger tegen. Gisteren reden we door een streek waar Mad Max is opgenomen.  250 km zonder winkel, huis, of benzinepomp. Telefoons werken niet. Raar genoeg is het niet saai om erover heen te rijden. Soms moeten we een road train inhalen. Een vrachtwagen met een dubbele aanhanger. Een meter of 50 lang. Veel roofvogels te zien. Soms ligt er een enorm zoutmeer, dan weer een ander prachtig uitzicht. In South Australia is de maximum snelheid 110 km per uur. Nogal traag. Dus Leonie probeert "ietsje" harder te rijden. Helaas komt er op een onbewaakt moment ons een agent tegemoet. Gelukkig komt ze met een waarschuwing ervan af. Daarna denkt ze dat elke auto  die ons tegemoet komt mogelijk een politieauto is.
Halverwege naar Uluru overnachten we in Coober Pedy. Een merkwaardig stadje, waar opaal gevonden  wordt. Coober Pedy betekent in het Aboriginals: blanke man onder de grond. Het stadje is omgeven door 1 miljoen bergen en bergjes zand en grind. Overal wordt gegraven naar opaal. In de stad zelf zijn allerlei plekken onder de grond. Verschillende kerken, een paar hotels, restaurants, galerieën. Onder de grond is het altijd 23 graden. In een restaurant zien we zelfs een open haard. Boven de grond is er weinig interessants te zien. Verlaten, bruin en heel  stoffig. De camping waar we in een oud hutje zitten, is heel kaal. Om een boom te planten moeten je eerst een gat boren in de grond en daar aarde ingooien. Op wat dronken Aboriginals na is de stad verlaten. De hotels onder de grond zijn gesloten. Het Griekse restaurant is ook dicht. We vragen ons af hoe je in godsnaam in zo'n oord langer dan een paar dagen kan wonen.

dinsdag, december 03, 2013

Een wandelingetje bij 42 graden


We zijn een stuk het binnenland ingereden naar de Flinders Ranges. Een heel mooi natuurpark, met als centraal deel de Wipedia Pound een meer hoog in de bergen omgeven door rotsen. Om dat te kunnen zien moet je een fikse wandeling maken. Uren heen en uren terug. Je moet er hier in Australie wat voor over hebben. In de USA zouden ze een parkeerplaats maken boven op een uitzicht punt. Hier niet.
We zijn wel gehandicapt vandaag. Het was gisterenmiddag 43 graden volgens de kruidenier. Vandaag zijn we vroeg op pad, en komen na een stuk rijden aan bij het park. We proberen wel een stuk te wandelen, zien verder nauwelijks mensen, alleen een kangeroe staat verlamd door de hitte langs het pad en keert ons de rug toe. Na een tijdje besluiten we toch maar om te keren. En nu komen we helemaal niemand meer tegen. We zweten niet, althans zo lijkt het, daarvoor is het te droog hier. In de auto blijkt het 42 graden te zijn en dat om 11 uur in de morgen. Begrijpelijk dat we wat kortademig waren bergop. Op andere plaatsen zoals Uluru wordt het wandelpad afgesloten als het boven de 36 graden is.
We komen tussen de middag door Quorn een plaatsje dat er uit zit alsof het honderd jaar niet veranderd is. Natuurlijk is er niemand te zien, alleen een cowboy met ZZtop baard op een scootmobiel.  In de Tearoom die ook van binnen honderd jaar niet veranderd is, zijn we de enige klanten. We begrijpen dat in dit plaatsje wel 20  films zijn opgenomen.
's avonds zitten we in een Cabin op een camping aan zee. Heerlijke temperatuur. Zelfs een beetje regen. Het is alsof we weer kunnen nadenken. Het weer is hier een soort tombola. We hebben nu al meegemaakt dat het de ene dag 20 graden kouder was dan de dag ervoor. Morgen wordt onze laatste dag aan zee, daarna gaan we echt richting Darwin de woestijn in.

zondag, december 01, 2013

A trundle under a treble bunk.

Treble Bunk
Die taal die ze hier spreken is soms niet zo makkelijk. Ze praten hier Engels met een zwaar Australisch accent, en vaak ook nog een vette locale variant daarvan. Soms zijn ze dan ook totaal onverstaanbaar. En dan begrijp je als buitenlander helemaal niet wat ze pogen te zeggen. Als ze zien dat ze je niet begrijpen, zeggen ze het met dezelfde intonatie nog een keertje. Net zo lang tot je maar net doet of je hun begrijpt.
Mensen in de toeristenindustrie hebben geleerd dat buitenlanders de Australiers vaak niet goed verstaan. Dus leggen zij overdreven articulerend en heel langzaam uit hoe het zit. Het voelt dan of ze tegen iemand met een verstandelijke beperking praten.

En soms zijn zaken hier ook al leggen ze het je uit niet te begrijpen. Ondanks een kaartje mag je niet met de fiets de boot op als je niet eerst je fiets incheckt bij een kantoortje. Als je wat te eten wil hebben op een terras, moet je eerst een tafeltje vinden, vervolgens de kaart en dan naar de bar om te bestellen. In deze volgorde. Je mag pas wat bestellen als je een tafeltje hebt en de kaart hebt bekeken. Langzamerhand beginnen we te leren dat er hier nog heel veel te leren valt.

Wij sliepen in een wat aftands huisje op een camping op Kangaroo Island. Daar stond achter een gordijn een treble met een trundle. Een treble is een driepersoons stapelbed, een twijfelaar onder en een smaller bed boven. Een trundle is een onderschuifbed. Zo kan je dus op een klein oppervlak 5 kinderen kwijt.

dinsdag, november 26, 2013

Aussie Wave



Australie is een land met enorm veel soorten giftige beesten. Giftige slangen, spinnen die je met een beet kunnen doden, stekende kwallen, gore padden en enge schorpioenen. Zelfs veel planten zijn giftig en die kan je beter niet aanraken want dan zit je zo onder de blaren. Als je in zee niet door een kwal gestoken wordt is er ook nog een kans dat een witte haai je oppeuzelt. Vooral Zuid Australie is berucht voor de witte haai. Laatst werd er van een zwemmende vader alleen nog een stuk van zijn zwembroek teruggevonden. Niet voor niets is een deel van de film Jaws hier opgenomen.
Toch valt al dit natuurgeweld in het niet bij de grootste irritatie hier: de vliegen. Langzaam fietsen bergop, rustig door de natuur wandelen, even in de zon lopen. Binnen de kortste tijd wordt je belaagd door tientallen vliegen die in oren, neusgaten of ooghoeken proberen te kruipen. Voordat je het beseft zitten er 50 vliegen op je rug, of een paar honderd op je fietstassen. Je ziet mensen voortdurend met hun hand of petje voor hun gezicht wapperen: de Aussie Wave. Begin van de week hadden we zelfs besloten om met een netje op ons hoofd te gaan fietsen. Ziet er uitermate lullig uit, maar nood breekt wetten. Bij de winkel waren ze net uitverkocht. Een uur daarvoor was een cruiseschip in de haven gearriveerd. Een grijze golf had bezit genomen van het dorp. En had alle goede anti vliegenspullen weggekocht in de plaatselijke drogist. Het cruiseschip was trouwens de Volendam van de Holland Amerika Lijn dat een ruim rondje Australie aan het maken was. Geen Nederlanders aan boord, ook geen Nick en Simon gelukkig.

donderdag, november 21, 2013

Waar zijn de pinquins gebleven


Waar zijn de pinquins gebleven? En waarom zijn ze vertrokken?
Een paar dagen geleden zijn we op pad geweest met een gids om pinquins te zoeken, met infrarood zaklampen. We hebben er geen eentje gezien. De van oorsprong Zwitserse mevrouw had een heel pessimistisch verhaal te vertellen. In Zuid Australie komt de kleinste soort pinquin voor. 10 jaar geleden kwamen er elke avond in Penneshaw honderden pinquins aan land als het donker geworden was. Nu af en toe een enkele. Niemand weet waarom. We hebben tot nu toe wel tien redenen gehoord. Zeehonden eten ze op, verwilderde katten eten de jongen, de giftige struiken waaronder ze woonden zijn weggehaald, teveel auto's, de ferry komt te vaak en neemt teveel mensen mee. Het blijft gissen. Ook op andere plekken op het eiland is de pinquin nagenoeg verdwenen.
Andere beesten zien we wel. Schattige kleine kangaroes die hier alleen voorkomen, hele grote kangaroes, pelikanen, parkieten. Bij Pelican Lagoon zagen we honderden zwarte zwanen. Enorme mierennesten staan langs de weg. 
Helaas zien en ruiken we heel veel dooie kangaroes. Om de vijf honderd meter ligt er wel eentje langs de weg. Met wind tegen, wat we vaak hebben, ruik je ze al op vijftig meter.  Ze laten ze meestal langs de weg liggen. Bij het bandenplakken langs de weg staan we soms in een waar knekelveld.

Kangaroo Island


"You are the ones that arrived with bicycles on the three o'clock ferry" zegt de dame van het boekingskantoor. Op dit eiland val je wel op als je met de fiets bent. Kangaroo Island is half zo groot als Nederland en er wonen 5000 mensen. Er zijn 3 winkels waar je eten kan kopen. Daarvan hebben we er nu 2 gezien. De derde komt morgen. We blijven dik een week op het eiland. Helaas is het zo groot dat we even een paar dagen smokkelen en een auto gaan huren
Het was flink afzien om van Adelaide in 3 dagen naar dit eiland te fietsen. Ten dele konden we prachtig langs de kust, maar te dele moesten we ook op heel drukke wegen rijden. En de weg zoeken in drukke streken is lastig hier. Zo bleek het fietspad over het perron van een treinstation te lopen.
Heel erg tevreden zijn we niet over de gehuurde fietsen. Tot nu toe hebben we 8 lekke banden gehad. Een aantal lekken werd veroorzaakt door de laag plastic die de fietsenman in de banden had gedaan tussen binnen en buitenband. Heel dom.
Nergens op dit eiland is een fietsenmaker. Binnenbanden zijn niet te krijgen. De binnenbanden vertonen steeds meer plakkers. Oppompen doen we met een miniem pompje. En krijg er dan maar eens 4 bar in.

Over het fietsen op het eiland zijn we heel tevreden. Fietsen is altijd leuk. Het landschap is schoon en heel mooi. Heerlijk, Aardige mensen. Het is over het algemeen veilig fietsen, autos rijden ruim om je heen, of wachten tot ze je kunnen passeren.
En het is natuurlijk prettig om om de paar uur te horen dat je wel heel sterk moet zijn om zo iets te doen. Al bedoelen ze mischien iets anders.


maandag, november 11, 2013

De Yarra rivier

"Are you sure that you  want to cycle in Melbourne?" Het oude dametje van de toeristeninformatie, wil ons echt afraden om te fietsen in Melbourne. We hebben haar nodig omdat de stad Melbourne een gratis kaart met fietspaden erop heeft uitgegeven. Eerst ontkent ze het bestaan van de kaart, dan pruttelt ze wat over zoveel verschillende kaarten. Dan gaat ze toch maar even zoeken. Als we met kaart de informatiewinkel verlaten, zegt ze nog dat we wel een helm op moeten zetten. De italiaanse jongen van de fietsverhuur had ons nog wel gewaarschuwd. Je moet blijven zeuren anders krijg je het niet mee.
We hebben op zondag een tochtje langs de Yarra river gemaakt. We waren zeker niet de enigen. Kenmerkend voor fietsen in Melbourne is dat je het ene moment op een prachtig fietspad rijdt en het volgende moment ergens op een kruising met alleen maar auto's staat. Zonder dat je weet hoe je verder moet. Als je er woont weet je hoe je verder moet komen, als toerist kan je niet weten dat je 50 meter naar rechts een park in moet rijden.

Langs de Yarra rivier rijd je de ene keer over prachtige vlonders boven de rivier dan weer over bruggetjes omhoog en omlaag. Er zit zelfs een idioot steile trap in van wel 25 meter hoog. We komen langs het Rod Laver stadion, waar de Australian Open wordt gespeeld. Helaas zijn we 2 maanden te vroeg.  Na 15 kilometer fietsen langs de rivier maken we een stop bij een kinderboerderij. Lekkere koffie en een heerlijk broodje. Er zijn verschillende kinderfeestjes bezig. Een eindje verderop is een Farm Market. Heel knus en erg Engels.
Als we weg gaan krijg ik het cijferslot van de kabel niet open. Leonie had het nog wel op geschreven 1965. Dat was het dus niet. Het moest zijn 1956. De Italiaanse jongen van de fietsenverhuurder zei ons toch echt nineteensixtyfive en niet nineteenfiftysix. Na nogal wat gehannes kregen we het slot toch open. Na veertig kilometer interval  training komen we moe aan bij het hotel.

zaterdag, november 09, 2013

Een reisje met de trein


We nemen de nachttrein van Sydney naar Melbourne. We zijn de enige buitenlanders die een slaapcompartiment hebben. Bijna heel Australie kan je met de trein doorkruisen. De trein doet er dagen over om van west naar oost of van noord naar zuid te gaan. Als je dan een slaapcoupe wil is dat alleen weggelegd voor de steenrijke reiziger. Een enkeltje van Adelaide in het zuiden naar Darwin in het noorden kost met z'n tweeën al gauw 3000 euro. Wil je iets luxer dan wordt het nog veel duurder. Vliegen kost je nog geen tiende van de trein.
Gelukkig is er de oude boemelnachttrein van Sydney naar Melbourne. Dat is niet zo duur. Je kan het echter niet met het internet regelen, dus ergens in Sydney een bureautje ingeschakeld die het met vooruitbetalen wel wil verzorgen. Als je iets over treinen wil opzoeken in het onovertroffen Seat61 onmisbaar.
Bij dit soort treinen spelen ze een beetje voor vliegtuigje. Je kan je bagage inleveren en aan het eind van de rit weer ophalen. Ze roepen om net alsof ze de gezagvoerder zijn. We kregen dit keer een welkomstzakje met chips, water en andere eetbare spullen en een leuk tasje met tandenborstel, opvouwbare beker, champoo en zo. s 'ochtends krijg je een ontbijtje. Het was dit keer niet zo erg als in een trein vanaf Seattle waar we een uitvoerige uitleg kregen wat te doen bij een ongeluk of brand. Er werd nog net geen zwemvest vertoond.
Ons coupeetje en de naastgelegen douchetoiletruimte zijn ontworpen door een handige knutselaar. Opklapwc, opklapwastafel, kastje om je spullen droog op te bergen voor het douchen, douchegordijntjes, op te bergen tafeltjes, overal lampjes, opklapbedden, speciaal vakje voor je bril en portemonnee. Knus coupeetje hebben we en douchen in de trein is een belevenis. De rails zijn nogal hobbelig. Ik ben soms wat bevreesd uit het bovenbed geschud te worden. Ach alles went en op den duur slapen we alletwee. Als het licht wordt krijgen we ons ontbijt. Buiten zien we de eerste kangoeroes voorbij springen. Bij aankomst zijn we het er over eens dat dit echt reizen is. En het geluk is helemaal met ons als blijkt dat we al om 8 uur in de hotelkamer mogen.

woensdag, november 06, 2013

Een dagje fietsen in Sydney


"In Amsterdam I could almost cry". Onderweg komen we 4 fietsers tegen. Gemeente ambtenaren die het fietsen in de stad moeten stimuleren. Ze vinden het wel mooi toeristen op de fiets.

Vandaag een dagje op de fiets door Sydney. Heel handig en je kan veel zien. De fietsenmaker heeft ons een leuke route aangeraden. En een fietskaart meegegeven. Er zit zelfs nog een stukje met de lift in om op een lagere weg te komen. Sydney is een schitterende stad. Prachtige havens, gebouwen en brug. Zelfs de opera blijft mooi. In 2005 kwamen hier aan met de boot van Tasmanie. Op kerstochtend heel vroeg. Dat is onze laatste zeereis geweest. Golven van 7 meter. Leonie had de hele nacht zeeziek op bed gelegen. Ik had vreemd genoeg nergens last van.

De fietsen kunnen we als bagage stallen in het hotel. Wat weer opvalt is hoe makkelijk de Australiers zijn. Ze maken nergens een probleem van. Overal is wel een oplossing voor. Verder laten ze je met rust. Een heerlijk land om te reizen.

Het is heel huiselijk hier. 24 hoog , hebben we een soort van appartement. Met alles erin. Wasmachine en droger, afwasmachine. Spotify op de stereo. Vanavond ga ik koken. Met spullen gehaald bij een grote Coles en bij de chinese toko om de hoek. Rumpsteak me paddestoelen, en verse gebakken aardappels. Het kan verkeren op zo'n reis. Gisteren kwamen we hier aan na een nacht niet slapen en konden we pas laat in het hotel. Maar na een nacht van 12 uur ziet de wereld er geheel anders uit.

dinsdag, november 05, 2013

Het vliegveld van Bali


Het vliegveld van Bali is verbouwd. Onze taxichauffeur die het een lelijk gebouw vindt, zegt: "het is heel moeilijk om iets nieuws te bouwen op een plek waar al wat staat." Dat blijkt een wijze uitspraak
Er heerst een grote chaos. Voorzieningen lijken op bijna willekeurige manier te zijn verspreid over de enorme hallen met een golvend dak. Toen we aankwamen konden wij en de andere passagiers  in eerste instantie de uitgang naar de douane niet vinden. We moesten halverwege een enorme gang een klein deurtje in.
Bij vertrek naar Sydney blijken we een airport tax te moeten betalen. Zo financieren ze dus de veel te dure nieuwbouw en ongetwijfeld ook de steekpenningen. Bij de vertekhal zijn eigenijk alleen de Tax free winkels af. De mooie bordjes verwijzen ook naar restaurants, maar die zijn er nog niet. Er wordt uitsluitend een opgerolde pannenboek met de ingredienten van een hotddog verkocht. Er zijn veel te weinig zitplaatsen, de helft van de mensen zit maar op de grond te wachten.
We zien een grote groep heel bruine nederlanders voorbijkomen die gaan naar de terminal 10 om te vliegen met de KLM. Een kwartiertje later zien we ze weer allemaal voorbij komen op weg naar terminal 1 waar het KLM toestel terecht is gekomen. Ze zijn allemaal wat gehaaster, want er wordt voordurend omgeroepen dat ze moeten opschieten.
Een half uurtje later staan we in de rij  om voor de derde keer gefouilleerd te worden. Leonie is boos omdat ze na twee keer wel een flesje water en blikje cola dacht te kunnen kopen. Ze moet ze toch inleveren. Op dat moment komt er een hollandse vader voorbij gerend. Onder de ene arm heeft hij een kind, onder de andere maar liefst drie liter flessen water.
Ik ga even naar de prachtige ruime toiletten. Het wassen van de handen is wat lastig omdat er onder de wastafels nog een paar loodgieters liggen. Ze zijn afvoerpijpen aan het aanleggen. Een groepje piloten en stewardessen staat tussen de passagiers te wachten bij welke terminal hun vliegtuig tercht is gekomen. Uiteindelijk vertrekken we na twee (of was het drie ?)  gatewijzigingen merkwaardig genoeg nog redelijk op tijd. Zuchtend bedenken we dat we over 7 weken weer op Bali zullen landen. "Dan is het vast allemaal goed geregeld" zegt Leonie.

PS bij de foto: wat doet Indonesie als ze een economische conferentie (APEC) organiseren waar zelfs Poetin bij aanwezig is? Ze cancellen een honderd vluchten met toeristen. En zorgen ervoor dat de snelweg tussen airport en luxe hotels af is.

maandag, oktober 28, 2013

YAM HUA PLEE KAB YOD MAPHEAO


Bangkok is het begin van onze reis. Bangkok stad van Jago, die er helemaal thuis hoort. Heerlijk om te zien hoe hij hier zijn plek heeft gevonden. Ze groeien wel hun huis uit nu Jago weer nieuw personeel heeft aangenomen voor zijn bedrijf.
Bangkok, wat is die stad toch onpeilbaar groot. Elke keer maak je weer iets nieuws mee. Elk deel heeft zo haar eigen sfeer. We hebben dit keer een hotel in een buurt die we helemaal niet kennen. Weer heel mooi uitzicht 21 hoog. We zien het verkeer 10 uur per dag 5 baans breed volkomen stil staan. Op 15 hoog is een zwembad met infinitypool. De gebouwen verderop zijn meer dan 40 hoog.

Twee dagen geleden gegeten in de Issaya Siamese Club. Een zeven gangendiner in een oude villa ergens in een zijstraat van een zijstraat. Traditioneel Thais eten maar dan heel goed klaargemaakt. De ingredienten maakten het wel heel excotisch. De titel van dit stukje is een van de voorgerechten. Een salade van bananen bloesem en palm harten. In de sla ook nog "kaffir leaves", "toasted coconut, thinly shredded", "butterfly pea flower, torn" en "Chinese broccoli flowers". Etenswaren die je niet zo gauw bij AH of Sligro zal aantreffen. De andere gerechten bevatten ook allerlei zaken waar we nog nooit van gehoord hebben. En wat te denken van aan tafel geflambeerde kip of in thee gerookte macerons?

Over een paar dagen vliegen we door naar Bali. Helaas vertrekt het enige vliegtuig van Air Asia om 6 uur in de morgen. Een kort nachtje slapen. Maar geen file om 4 uur in de ochtend. In Bangkok komen we over een paar maanden terug.