Het moderne campingleven. We zijn uiteraard fans van het programma “We zijn er bijna”.
Waar we kamperen aan de kust in Toscane is een versie 2.0.
De camping is een en al schaduw door hoge pijnbomen. Een knots van een zwembad, en na een leuk wandelingetje door het bos is er een prachtig zandstrand met uitzicht op Sardinië in de verte.
Alle plaatsen zijn 100m2 en hebben aan drie kanten een heggetje. Keuze voor ons tentkampeerders is uit plaatsen waar een boom midden op de plek staat. Daar willen camperaars of caravanisten liever niet staan. Op deze camping met 400 plekken staan een stuk of 4 tenten. Een deel is caravans. De campers zijn hier ver in de meerderheid. Het overgrote deel van de gasten zijn oudere Duitse echtparen.
Zoveel campers hebben we nog nooit bij elkaar gezien. En wat voor campers! Naast ons staat een exemplaar van een merk dat begint bij € 180000. Een landyacht met ontspanningsruimte (slaapkamer) staat in de folder. Onze statent van € 300 steekt daar schril bij af. Wij zitten op onze stoeltjes naast onze tent, verder zit iedereen onder de soms gesloten voorluifel. Avonds gaat iedereen naar binnen. Iets verderop heeft iemand de hele plek belegd met een rubberen mat. Om hun domein te betreden moet je eerst op een deurmat je voeten vegen. Let wel we staan midden in een bos!
Ik dacht dat als je een camper bezit dat je dan op de meest romantische plekken gaat staan. Dat je je dan een zwervend bestaan kunt veroorloven.
Niks van dat hier. Je stalt je huis op een veilige plek in het bos met 400 anderen. En gaat vervolgens binnen zitten. Trouwens iedereen gaat gewoon douchen en naar de WC in de toiletgebouwen van de camping. Wat je aan die douche en toilet in de camper hebt, weet ik niet.