De vader van de bruidegom nodigt me uit om op bezoek te komen in hun dorp. Een hele eer. Leonie staat naast me. Die wordt niet gevraagd, omdat ze de vrouw is. We vinden de bruiloft prachtig, sprookjesachtig en gezellig, en het eten is heel lekker. Maar het is wel erg feodaal. In het dorp staan tempels van 1000 jaar oud, maar de geloftes die worden afgelegd zijn nog ouder. De bruid moet verklaren dat ze zonder haar man het huis niet zal verlaten.
Alleen voor speciale gelegenheden mag ze nog naar haar eigen familie. De geloftes zijn stokoud, maar worden zeer serieus genomen. Tijdens de ceremonies wordt weinig gelachen. Alleen de westerlingen kijken het glimlachend aan. Mannen en vrouwen zitten en dansen gescheiden van elkaar.
Vrouwen zijn ondergeschikt. Trouwen is voor de vrouw pijnlijk en dodelijk vermoeiend. Urenlang stilzitten, voor make up en henna tatoeages.
De leuke intocht met al het gedans daar mag de bruid niet bij zijn. De bruid wordt op haar plaats gewezen tijdens de bruiloft. Ze is ondergeschikt en passief.
Op de maandag na afloop vertrekt de trouwauto gevolgd door een dubbeldeksbus naar het dorp waar de ouders vandaan komen. 4 uur te laat dat wel.
In de trouwauto zit het echtpaar, een zus en een paar nichten.
De trouwauto is een gloednieuw exemplaar. “geschonken door de vader van de bruid aan vader van de bruidegom.” Althans zo wordt het de familie verteld. In werkelijkheid heeft de bruidegom een auto gekocht, en niet die rijke Amerikaanse schoonvader.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten